Bij nader inzienOnduidelijkheden in de aanloop naar Omgevingswet

Deze keer geen bespreking van een recente uitspraak van de Raad van State of een rechtbank, maar twee juridische kwesties, die voor de invoering van de Omgevingswet relevant kunnen zijn: Wat is de betekenis van een beeldkwaliteitsplan voor de kwaliteitsadvisering? En blijven welstandsloze gebieden onder de Omgevingswet ook welstandsloos?


Welstandsvrij bouwen in Nesselande, Rotterdam. Foto FtC

In veel gemeenteraden zijn in de loop der jaren beeldkwaliteitsplannen vastgesteld voor gebiedsontwikkelingen. Sinds het beeldkwaliteitsplan (bkp) begin jaren negentig zijn intrede deed – het was een bedenksel van Wijbrand Havik die toen directeur was van welstandorganisatie Libau – zijn er tientallen, misschien wel honderden bkp’s gemaakt.

Zo’n plan geeft een verbeelding en inspiratie aan nieuwe gebiedsontwikkelingen en benoemt criteria en randvoorwaarden voor de bouw en vergunningverlening. Het bevat de beleidswensen van de gemeenteraad, maar is flexibel genoeg om aan marktomstandigheden of andere ontwikkelingen te worden aangepast. In de meeste gevallen functioneert het bkp als toetsingskader voor nieuwe bouwplannen, in handen van supervisoren, in handen van de ambtenaar die beoordeelt of voldaan is aan het bestemmingsplan en in handen van adviescommissies voor ruimtelijke kwaliteit die een welstandsadvies afgeeft.

Koppeling met bestemmingsplan of welstandsnota
Diverse uitspraken van de afdeling Bestuursrecht van de Raad van State maken duidelijk dat een beeldkwaliteitsplan, hoewel het geen wettelijke status heeft, als toetsingskader voor vergunningen mag worden toegepast, mits het plan voldoende concreet en duidelijk is, en mits in het bestemmingsplan en/of in de welstandsnota een koppeling gelegd wordt met het beeldkwaliteitsplan. Als er een koppeling gelegd wordt in het bestemmingsplan, dan is er bezwaar en beroep mogelijk, ligt de koppeling in de welstandsnota dan geldt die mogelijkheid niet, omdat het dan om een aanpassing van beleidsregels gaat (zie bijvoorbeeld uitspraak ECLI:NL:RVS:2022:2454 van 24 augustus 2022, en uitspraak ECLI:NL:RVS:2021:2444, overweging 7.2 en 7.3).

Maar er zijn tal van beeldkwaliteitsplannen in de raad vastgesteld die géén koppeling aan de welstandsnota of het bestemmingsplan bevatten. Ze maken dan bijvoorbeeld onderdeel uit van een privaatrechtelijke (‘anterieure’) overeenkomst tussen de gemeente en een gebiedsontwikkelaar. Toch worden ze ook in zulke gevallen vaak in de welstandsadvisering als toetsingskader gehanteerd.

Feitelijk ten onrechte. De welstandsadviseur mag alleen de criteria uit de welstandsnota toepassen. Alle andere aspecten (duurzaamheid, toegankelijkheid, natuurinclusiviteit, esthetische of functionele verbeteringen in het ontwerp) mogen geen deel uitmaken van het welstandsadvies, wanneer ze niet gebaseerd zijn op de welstandscriteria. Heel veel commissies willen er desondanks iets over zeggen, zeker als het gaat om beleid dat door de gemeenteraad is vastgesteld. Juridisch is het zuiver om het welstandsadvies louter te baseren op de welstandscriteria, en om de overige adviezen in het welstandsadvies op te nemen als “opmerkingen ten overvloede” of woorden van gelijke strekking.

Veegbesluit
Het lijkt verstandig om, voorafgaand aan de invoering van de Omgevingswet, de beeldkwaliteitsplannen die wel door de raad zijn vastgesteld, maar niet in de welstandsnota zijn verwerkt, met een soort ‘veegbesluit’ alsnog aan de welstandsnota te koppelen. Op die manier zijn ze makkelijker terug te vinden, want dan worden ze, met de rest van de welstandsnota, onderdeel van het omgevingsplan.

Welstandsloze gebieden
Er is nog een tweede categorie raadsbesluiten die vaak niet in de welstandsnota of het bestemmingsplan zijn verwerkt, maar wel grote gevolgen hebben voor de kwaliteitsadvisering: de aanwijzing van welstandsloze gebieden. Maar met deze groep raadsbesluiten heeft de Omgevingswet (op het laatste nippertje) wel rekening gehouden.

Door een wijziging van de Invoeringswet Omgevingswet is ervoor gezorgd dat raadsbesluiten waarin gebieden zijn aangewezen waar het welstandsvereiste niet geldt ook van toepassing zijn op het (tijdelijke deel van het) omgevingsplan – die gebieden blijven dus voorlopig welstandsloos totdat de gemeenteraad er een nieuw besluit over heeft genomen. Dit overgangsrecht vervalt in 2029, als het tijdelijke omgevingsplan geheel vervangen moet zijn door een definitief omgevingsplan.  


Flip ten Cate | december | 2022  
Aanmelden voor de nieuwsbrief Federatie Ruimtelijke Kwaliteit kan via: https://www.ruimtelijkekwaliteit.nl/aanmelden-nieuwsbrief  

Nieuwe Publicaties

Onderstaande publicaties zijn zolang de voorraad strekt, tegen verzendkosten te bestellen bij de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit: info@ruimtelijkekwaliteit.nl

  • Jaarverslag over 2022Jaarverslag over 2022

    In 2022 groeide de formatie van de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit en werden er tal van initiatieven genomen en activiteiten ontplooid. Financieel waren er de nodige tegenvallers.

    lees verder

  • Ruimtelijke Kwaliteit bij Fabrieksmatige WoningbouwRuimtelijke Kwaliteit bij Fabrieksmatige Woningbouw

    Meer goede woningen op de korte termijn én blijvende ruimtelijke kwaliteit met elkaar verenigen is het doel van het traject Ruimtelijke Kwaliteit bij Fabrieksmatige Woningbouw

    lees verder

  • Duurzame StadsgezichtenDuurzame Stadsgezichten

    De huizen in beschermde stadsgezichten worden ook verduurzaamd. Hoe is dat mogelijk zonder afbreuk te doen aan de ruimtelijke kwaliteit en de erfgoedwaarde?

    lees verder

Federatie Ruimtelijke Kwaliteit